Lot van de Putte van Stedelijk Museum Breda over duurzame tentoonstellingen bouwen:
“Het is een kwestie van nieuwsgierig zijn en er doorlopend aandacht voor hebben.”

Toen projectleider Lot van de Putte vier jaar geleden begon bij Stedelijk Museum Breda, trof ze een productieteam dat al heel milieubewust werkte: “Op sokkel- en kappenniveau was er al een goede basis: we gooiden bijna niks weg en gingen goed met materialen om, zodat we die konden hergebruiken. Maar bij de grote tentoonstellingen werd nog altijd veel nieuw gebouwd. Kon dat duurzamer? Met de steun van het managementteam ging Van de Putte aan de slag.

Lot van de Putte van Stedelijk Museum Breda

Lot van de Putte is senior projectleider tentoonstellingen bij Stedelijk Museum Breda (foto: Rosa Meininger).

Ze vertelt over de zoektocht van de afgelopen jaren naar duurzame oplossingen bij het bouwen van tentoonstellingen, gewoon omdat ze een intrinsieke motivatie heeft om verantwoord met middelen om te gaan. Ze bezocht bijeenkomsten over duurzaamheid van Bureau 8080 en het Scheepvaartmuseum en deed een voorstel aan het managementteam voor duurzame tentoonstellingsbouw. “Het MT reageerde positief,” vertelt Van de Putte, “net als de conservatoren. En die moet je mee hebben, want het vraagt echt om een andere denkwijze: je moet out-of-the-box denken.”

Geen zaagafval

En dat hebben ze bij Stedelijk Museum Breda zeker gedaan. Zo werden bij de tentoonstelling Nachtvlucht van Pieter Laurens Mol alle wanden gemaakt met hele plaatmaten. “Zodat je geen zaagafval hebt en de platen naderhand goed kunt hergebruiken”, licht Van de Putte toe. In de volgende expositie van Ruud van Empel werden diezelfde wanden inderdaad opnieuw gebruikt. ”Wel eerst schoon gezaagd, dus 5 cm smaller”.

Nachtvlucht

Al het plaatmateriaal van Nachtvlucht werd bij de volgende expositie hergebruikt (foto: Studio Tromp).

Hergebruik als eis

Dat was alweer drie jaar terug. Inmiddels is duurzaamheid een criterium bij het ontwerp van nieuwe tentoonstellingen. Van de Putte vertelt: “Vorig jaar zijn we voor drie nieuwe tentoonstellingen gericht ontwerpers gaan selecteren op voorwaarde dat ze werken met hergebruik. Esthetiek en duurzaamheid worden dan allebei belangrijk in het ontwerpproces.” De ontwerpers, Kaleido Collective en Berry van Gerwen, stonden daarvoor open. “Ze konden gebruik maken van de wandplaten, van al onze eigen sokkels, kappen en andere materialen in onze eigen opslag én van de tentoonstellingsmaterialen van MuseumGoed.”

Karton

Een duurzame tentoonstelling maken vraagt om doorzettingsvermogen, weet ze uit ervaring: “Als het niet meteen goed gaat, betekent het niet dat we ermee stoppen.” Ze geeft een voorbeeld: “Zowel Kaleido Collective als Berry van Gerwen hadden alle wandplaten in hun ontwerp gebruikt. Eén van hen kon ze maar gebruiken. Dan kun je natuurlijk kiezen om het op de oude manier te doen, maar wij hebben doorgezocht naar een duurzame oplossing. Met Fiction Factory hebben we gekeken of we de podia uit het ontwerp van Kaleido Collective konden bouwen van karton. Toen dat niet werkte, kozen we voor bouwen met bestaand hout. Dat hebben we als het ware van Fiction Factory ‘gehuurd’ en ligt nu weer bij hun in de schappen om bij een volgend project te gebruiken.”

Kaleido Collective

De podia van Gedragen Verhalen werden met bestaand hout gebouwd (foto: Mike Bink).

Lusten

Trots vertelt ze over de tentoonstelling die nu in Stedelijk Museum Breda staat: De Lusten van Engelbrecht. Een prachtige expositie waarin audiovisuele kunstenaars reageren op panelen van de Tuin der lusten. “En”, merkt ze op, “de eerste tentoonstelling die we hebben gemaakt met wanden van MuseumGoed die gestoffeerd zijn. Die gaan we de volgende tentoonstelling weer gebruiken, maar dan met andere stoffering.”

Lusten_23

De gestoffeerde wanden bij De Lusten van Engelbrecht komen van MuseumGoed (foto: Mike Bink).

Strepen

“Het is een kwestie van nieuwsgierig zijn,” vat Van de Putte samen, “en er doorlopend aandacht voor hebben.” Heeft ze nog tips voor andere musea? “Zoek contact met collega’s van andere musea om meer te weten te komen. Je mag me via LinkedIN altijd een berichtje sturen.” Dat het niet altijd makkelijk is, weet ze ook: “Als je te maken hebt met mensen die duurzaamheid niet zo belangrijk vinden, zul je soms echt op je strepen moeten staan. Wat dat betreft heb ik geluk dat we in onze organisatie iedereen mee hebben.”

De expositie De Lusten van Engelbrecht is nog t/m 25 augustus 2024 te zien bij Stedelijk Museum Breda.